vrijdag 29 juli 2016

SAN AUGUSTIN - TATACOAWOESTIJN ( 20 - 24 JULI 2016 )


De rit van Popayan naar San Augustin is amper 90km maar door de erbarmelijke weg doet de minibus er 6 uur over. Met een slakkegang sukkelt het busje door het zo goed als onberijdbaar, onherbergzaam gebied van het nationaal park Puracé. Dit gebied stond vroeger bekend om zijn overvallen 's nachts. Tot enkele jaren geleden was dit het meest onveilige gebied in Colombia. We kunnen ons voorstellen dat de trage busjes een gemakkelijk doelwit waren voor overvallen. Daarnaast waren hier veel gewelddadige conflicten tussen het regeringsleger en de Marxistische beweging FARC. Nu is dit
mooie gebied veiliger en komt het toerisme weer op gang. De soldaten zijn overal aanwezig maar het grappige is wel dat ze nergens te zien zijn in het gebied zelf? We worden gedropt langs de grote weg bij het dorp Pitalito . We rijden nog 15km mee in de laadbak van een pickup tot San Augustin, dat op 1.730m ligt. San Augustin is bekend om zijn  archeologisch park (werelderfgoed), waar overblijfselen van de San-Agustin-cultuur uit de precolombiaanse beschaving te bewonderen zijn. Ons hostel, casa de Francois, ligt iets buiten het centrum van het stadje. Het is een pittige klim, maar we 

zijn (achteraf) blij dat we bleven volharden want het is een zeer gezellige plaats. Het ligt in een prachtige groene omgeving: in de tuin groeit er ananas, veel tropische bomen, bloemen...We ondervinden al snel dat al dit moois komt door de hoge vochtigheidsgraad, warme temperaturen en regelmatig een bui. In de casa bakken ze zelf hun bruin brood, wat verrukkelijk smaakt. We zijn het eten van wit (slecht) brood erg beu. Er reizen ook veel Colombianen en we hebben leuke ontmoetingen en babbels met andere reizigers. Ons eerste bezoek aan de site is een verrijkende ervaring. Er is weinig geweten over de San Augustin-indianen. Er is geen geschreven overlevering, men veronderstelt dat ze leefden
tussen de 6e en 14e eeuw na Christus. Andere wetenschappers beweren dat ze 5000j voor Christus leefden. Men weet ook niet of er een verband bestaat met vergelijkbare beelden op het Paaseiland. We gaan, als eerste kennismaking,  naar het museum dat bij het park ligt. Het bosque de las Estatuas, het bos van beelden, ligt in een prachtig  junglegebied. De beelden zijn een soort grafsteen, soms in groepjes bijeen of alleen. Uit het niets staan ze daar. Het zijn meestal antropomorfe beelden, figuren die half mens half dier zijn (sommige beelden hebben een menselijke voorkant en een dierlijke achterkant). In elk geval weerspiegelen ze een complex denksysteem en de zware

stenen zorgen voor de onsterfelijkheid van de cultuur. Na één dag rondwandelen vraagt dit naar meer! De volgende dag maken we een jeeptoer om nog meer te zien en te genieten van deze vergane cultuur. De weg is enkel per jeep bereikbaar. Alles wat we te zien krijgen qua natuur en cultuur is 'a place to be'. In de wouden werden ook vele graftombes gevonden met de typische wachters in steen voor de tombes. We rijden door bamboebossen, koffieplantages, rietsuikervelden, tropische bossen. We houden ook 2x halt bij watervallen. Vooraf zuchten wij even want watervallen
hebben we al vele keren gezien maar we moeten toegeven dat die ruwe natuur toch  spectaculair is. Als wij 's avonds onze mails checken krijgen wij bericht dat onze terugvlucht vanuit Atlanta niet doorgaat en dat we pas op maandag terug kunnen vliegen. Wij gaan hier niet mee akkoord en laten dit weten aan de maatschappij. Na enkele dagen voelt alles, maar dan ook alles ,zo klam en vochtig aan dat we besluiten om door te reizen naar 'droger gebied', namelijk  naar de Tatacoa woestijn. We hebben geluk, volgens de info die we krijgen is er een rechtstreekse busverbinding. Maar de term 'rechtstreeks' heeft duidelijk een totaal andere invulling bij de Colombianen. We moeten 4x wisselen van voertuig.

Naarmate we de woestijn naderen stijgt de temperatuur. We zijn goed zacht als we, na 6 uur rijden, arriveren in de woestijn. De Tatacoa is geen zandwoestijn zoals wij die ons voorstellen maar bestaat uit ruwe rotsformaties. Het eerste deel zijn rode formaties en verder is er de grijze rotswoestijn. We kiezen om niet in het nabijgelegen stadje Viellavieja te logeren maar in de woestijn zelf. We vinden een kamer in het basic guesthouse 'Noches de saturno'. Basic betekent ééntonig eten op basis van rijst en eieren. Het is er zo warm dat alle klamheid van de rugzakken, kledij,... in 1,2,3 verdampt. 's Avonds worden we tijdens ons ritueeltje 'yahtzee spelen' weer aangesproken door Colombianen en we
brengen verder al yahtzee spelend onze avond  met hen door. Zo leren we wel vlotjes tellen in het Spaans. Het is een leutige avond, zo leren we van hen dat bepaalde Spaanse woorden een (pikante) dubbele betekenis hebben zoals het woord 'tirar'.  Zij wonen in Bogota en nodigen ons uit om samen met hen een stapke te zetten als wij daar zijn. Het zijn zorgen voor later! We gaan er wellicht niet op in omdat we fris man/ vrouw willen zijn als we thuiskomen (Als ze tenminste een vliegtuig beschikbaar hebben!). We hebben gelezen dat we best zeer vroeg de woestijn verkennen, en zogezegd zo gedaan. Na enkele uren is het al pokkeheet. Ik ben niet meer om aan te zien van de hitte, rood, blazen en
 
hijgen. Mijn bloed bereikt bijna het kookpunt. Filip kan er duidelijk iets beter tegen dan ik. We beslissen om te paard de omgeving te verkennen. Net op dit moment komen we Natalie en Johnny tegen die er nogal angstig uit zien. Zij huurden paarden voor de hele dag. Er zijn geen gidsen beschikbaar, waardoor ze alleen op stap gingen. De paarden luisterden niet zo prima, probeerden zelfs te bijten, waardoor ze de dieren asap terug willen geven. Omdat ook wij helemaal geen ervaren ruiters te paard zijn, laten we het idee van paard rijden maar voor wat het is. Ik ga wat kledij wassen. We horen dat ze hier ook brommertjes verhuren en ja, wie zoekt die vindt!  Hop allebei op de brommer, dit is de
meest frisse en ideale oplossing om de omgeving te verkennen. We amuseren ons en kunnen verder het gebied in. De woestijn heeft iets surrealistisch. De omgeving pakt ons en laat ons niet meer los. Als het donker is gaan we het Astronomisch observatorium bezoeken, dat open is van 19u tot 21u. Deze plaats is, na de Atacama-woestijn in Chili, de 2de beste plaats ter wereld om sterren te bekijken! We zien er biljoenen sterren en luisteren naar de enthousiaste Javier Fernando Rua die de astronomische wereld kent als zijn broekzak. Filip ligt in het mulle zand en ik op zijn buikje. We turen naar de sterrenhemel, luisteren samen met andere geïnteresseerden naar de zeer boeiende uitleg over het
 
heelal. We zien door de telescoop Jupiter met 3 manen, de ring rond Saturnus. We zien ook de Melkweg heel duidelijk, terugkerende sterrenbeelden in het noorden en het zuiden,... boeiend en zeer ingewikkeld om te onthouden. Het is een unieke plaats want de sterrenhemel kunnen we bewonderen over de volledige horizon, van Noord naar Zuid, van Oost naar West.  We willen graag nog een extra woestijndag, maar de hitte doet ons de das om. Morgen reizen we door naar Salento.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten